Mkb haalbaarheidsvoucher (EFRO)
Ben jij een mkb'er? En wil jij de haalbaarheid van jouw innovatieve idee toetsen? Dit kan bij een noordelijke proeftuin. Vraag deze subsidie aan voor het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek bij een noordelijke proeftuin.
Over de subsidie
Met de subsidie Mkb haalbaarheidsvoucher kun je een haalbaarheidsonderzoek uitvoeren. Dit is handig als je als ondernemer een goed idee hebt, maar je eerst wilt onderzoeken of dit idee haalbaar is. Deze subsidieregeling ondersteunt om een eerste stap tot innovatie te zetten. Je maakt hierbij gebruik van de faciliteiten van een proeftuin (of een open innovatie omgeving). Aan het einde van het project kun je een weloverwogen beslissing nemen of je verder kunt met je idee om te innoveren. Je hebt dan een goede basis gelegd voor het vervolg, namelijk het ontwikkeltraject.
Je kunt 40% subsidie krijgen voor:
- Het inschakelen van een onafhankelijke proeftuinfaciliteit;
- Het inschakelen van een onafhankelijke adviesorganisatie
- Loonkosten van werknemers en eigen uren;
- Materiaalkosten die uitsluitend nodig zijn voor het haalbaarheidsproject;
- Huurkosten van apparatuur en uitrusting.
De minimale subsidiabele kosten zijn € 25.000. Hiervan moet je minimaal 20% uitgeven aan de diensten en faciliteiten van een proeftuin.
Je ontvangt 40% subsidie. De subsidie bedraagt met deze subsidiabele kosten minimaal € 10.000.
Proeftuin
Een proeftuin is een innovatieve omgeving die stimuleert om kennis en deskundigheid uit te wisselen. Proeftuinen kunnen van grote toegevoegde waarde zijn bij het beantwoorden van haalbaarheidsvragen. Ze beschikken niet alleen over veel kennis, maar kunnen je ook de juiste faciliteiten bieden voor het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek.
Een proeftuin kan bijvoorbeeld ruimte bieden aan meerdere partijen om innovaties te testen in een realistische omgeving. Daarnaast kunnen ze de toegevoegde waarde van je product vaststellen en je ondersteunen in het opzetten van een stevig businesscase of verdienmodel. Dit gebeurt in het verlengde van je haalbaarheidsonderzoek.
Er is veel externe expertise en er zijn veel faciliteiten bij een proeftuin. Dit kan zorgen voor een hogere kwaliteit van het haalbaarheidsonderzoek. Hierdoor kun je vaak gerichter en sneller tot een beslissing komen. Zo kan een deel van de informatie of techniek die je nodig hebt bijvoorbeeld al beschikbaar zijn bij de proeftuin.
Ja. Minimaal 20% van de gemaakte kosten binnen het project moeten worden gemaakt voor een proeftuin.
Ja, dit is een voorwaarde om subsidie te kunnen ontvangen. De minimale kosten voor een project is € 25.000. Dit betekent dat er minimaal € 5.000 voor een proeftuin begroot moet zijn.
Raadpleeg het proeftuinoverzicht als je wilt weten welke proeftuinen beschikbaar zijn in Drenthe, Friesland en Groningen.
Dit overzicht is een longlist van proeftuinen in Noord-Nederland. Niet alle proeftuinen in Noord-Nederland bieden hulp en begeleiding bij een haalbaarheidsonderzoek aan. Ben je ondernemer en/of subsidie-aanvrager of subsidieadviseur? Neem vooral dan eerst contact op met één van de eerstelijnsorganisaties, Ik Ben Drents Ondernemer (Drenthe), Ynbusiness (Fryslan) en Grobusiness (Groningen). Zij kunnen je informeren over en verder helpen bij het in contact komen met de juiste proeftuin voor jou.
Neem hiervoor contact op een van de eerstelijnsorganisaties: IkBenDrentsOndernemer (Drenthe), GroBusiness (Groningen) of Ynbusiness (Fryslan). Zij kijken mee of deze proeftuin geschikt is om in te schakelen.
Let hierbij in ieder geval op het volgende:
- De proeftuin moet in Noord-Nederland gevestigd zijn.
- Een proeftuin kan geen commerciële organisatie, kennisinstelling of kennisinstituut zijn.
Eerstelijnsorganisatie
Een eerstelijnsorganisatie helpt om jou als ondernemer te ondersteunen bij de groei van het bedrijf. Zo helpt een eerstelijnsorganisatie je bij het tot stand brengen van een connectie met de juiste proeftuin. Daarnaast kunnen eerstelijnsorganisaties ervoor zorgen dat de innovaties niet verloren gaan in de duur van een projectperiode. Deze eerstelijnsorganisaties kunnen je dus op vele vlakken ondersteunen.
Je kunt met een eerstelijnsorganisatie bespreken hoe het testen van de haalbaarheid van het innovatieve idee aansluit bij vragen als: ‘Waar sta ik? Van welk (groter) proces maakt mijn idee onderdeel uit? Wie heb ik nodig in de toekomst?’ Op deze manier til je de kwaliteit van je project (en het vervolg hierop) naar een hoger niveau.
De eerstelijnsorganisaties die aangewezen door de provincie zijn:
- Ik Ben Drents Ondernemer (Drenthe);
- Grobusiness (Groningen) en
- Ynbusiness (Fryslân).
Haalbaarheidsonderzoek
Met een haalbaarheidsonderzoek breng je in kaart of het project economisch en technisch haalbaar is. Je bepaalt op welke vragen je een antwoord wilt hebben. Die probeer je in het haalbaarheidsproject te beantwoorden. Hiermee krijg je een overzicht van de sterke en zwakke kanten, kansen én risico's van je project. Op basis van het haalbaarheidsonderzoek moet je uiteindelijk een beslissing kunnen nemen of je daadwerkelijk over gaat tot de ontwikkeling van je vernieuwende idee.
Bij een haalbaarheidsonderzoek kan je bijvoorbeeld denken aan de volgende werkzaamheden:
- Literatuuronderzoek;
- octrooionderzoek;
- inventarisatie van beschikbare technologie en potentiële partners;
- het opstellen van modellen en berekeningen om te onderzoeken of een idee technisch haalbaar is;
- onderzoekende activiteiten zoals trial and error;
- marktverkenning;
- concurrentieanalyse.
Bijvoorbeeld testen welk materiaal het beste gebruikt kan worden, welke technologie kan worden toegepast, hoe bepaalde elementen interactie met elkaar hebben of welke combinaties in potentie geschikt kunnen zijn. Het is niet de bedoeling dat je een prototype van het uiteindelijk beoogde product, proces of dienst maakt. Dan ben je al bezig met het ontwikkelen. Het is wel mogelijk om prototypes van onderdelen of elementen te maken die je in een gesimuleerde omgeving (bijvoorbeeld een laboratorium of een digitale onderzoeksomgeving) gaat testen, zolang deze gericht zijn op het beantwoorden van technische haalbaarheidsvragen.
Er zijn verschillen tussen de MIT Haalbaarheid en de Mkb haalbaarheidsvoucher.
Bij de Mkb haalbaarheidsvoucher:- maak je gebruik van een proeftuin, waardoor je sneller en gerichter tot een beslissing kunt komen.
- is er grote rol en betrokkenheid vanuit de eerstelijnsorganisaties.
- is het mogelijk om trainingen en workshops te volgen bij de proeftuin als deze betrekking hebben op het onderzoek dat jij daar uitvoert naar jouw idee.
- ligt de maximum subsidie hoger, namelijk € 45.000. Bij de MIT Haalbaarheid is dit € 20.000.
Compleetheid van de aanvraag
Jouw aanvraag is compleet als alle gevraagde documenten bij de aanvraag zijn toegevoegd én deze correct en volledig zijn ingevuld en ondertekend.
Projectplan
Hiermee zorg je ervoor dat er geen belangrijke informatie over je project ontbreekt bij de aanvraag. Zo verloopt de beoordeling van je aanvraag sneller en soepeler.
Let op! Het is belangrijk dat je alle vragen in het projectplan overneemt en herkenbaar en in de aangegeven volgorde beantwoordt.
We raden je sterk af om af te wijken van het format projectplan. Door af te wijken van het format loop je risico dat er benodigde informatie ontbreekt bij de aanvraag, waardoor de aanvraag niet compleet is.
Ondertekening aanvraag
Nee, je hoeft het ondertekeningsformulier niet aan te leveren als je inlogt met eHerkenning. Maak je geen gebruik van eHerkenning? Dan moet je het formulier wél aanleveren bij je aanvraag.
Juridische organisatiestructuur
Met de juridische organisatiestructuur krijgen wij een volledig inzicht in het verband van ondernemingen van de onderneming die de aanvraag indient. Wij toetsen op basis hiervan:
- welke ondernemingen mee moeten in de beoordeling voor de toets financiële moeilijkheden;
- of er op basis van de mkb-cijfers voldaan wordt aan de definitie van een mkb-onderneming;
- of er nog bijzonderheden zijn die we mee moeten nemen in de beoordeling van de aanvraag (wordt er bijvoorbeeld een deskundige ingehuurd die ook in het verband zit? Of is er een andere onderneming in het verband van ondernemingen die al eerder een aanvraag heeft ingediend?);
- indien er een andere onderneming in het verband van ondernemingen ook kosten gaat maken voor het project dan kunnen wij in de structuur zien hoe deze ondernemingen met elkaar verbonden zijn.
Dit bestaat uit de structuur van het verband van ondernemingen. Deze moet schematisch worden weergegeven inclusief de deelnemingspercentages. Per onderneming moeten de volgende gegevens worden genoemd op basis van de meest recente gegevens (voor elke onderneming voor hetzelfde jaartal):
- aantal fte;
- de jaaromzet;
- het balanstotaal.
In de meeste gevallen maakt de aanvrager deel uit van een verband van ondernemingen. Dit is het geval wanneer de onderneming geen zelfstandig bedrijf is. Dit zijn alle ondernemingen zoals ook opgenomen in de juridische organisatiestructuur.
Een onderneming beschouwen we voor de de-minimis als een verbonden onderneming als sprake is van zeggenschap over de andere onderneming(en). Als de ene onderneming zeggenschap heeft over een andere onderneming beschouwen we beide ondernemingen als één onderneming voor de de-minimis. Het maakt niet uit of de ondernemingen een fiscale eenheid zijn.
In de de-minimisverordening is het als volgt beschreven:
Eén onderneming omvat voor de toepassing van deze verordening alle ondernemingen die ten minste één van de volgende banden met elkaar onderhouden:
a. één onderneming heeft de meerderheid van de stemrechten van de aandeelhouders of vennoten van een andere onderneming;
b. één onderneming heeft het recht de meerderheid van de leden van het bestuurs-, leidinggevend of toezichthoudend orgaan van een andere onderneming te benoemen of te ontslaan;
c. één onderneming heeft het recht een overheersende invloed op een andere onderneming uit te oefenen op grond van een met die onderneming gesloten overeenkomst of een bepaling in de statuten van laatstgenoemde onderneming.
d. één onderneming die aandeelhouder of vennoot is van een andere onderneming, heeft op grond van een met andere aandeelhouders of vennoten van die andere onderneming gesloten overeenkomst als enige zeggenschap over de meerderheid van de stemrechten van de aandeelhouders of vennoten van laatstgenoemde onderneming.Ondernemingen die via één of meer andere ondernemingen één van de in de eerste alinea, onder a. tot en met d., bedoelde banden onderhouden, worden ook als één onderneming beschouwd.
Een partneronderneming bezit minstens 25% en hoogstens 50% van de aandelen of stemrechten van een andere onderneming of is voor minstens 25% en hoogstens 50% in bezit van een andere onderneming.
Deze drempel van 25% geldt niet wanneer dat percentage in handen is van openbare participatiemaatschappijen, risicokapitaalmaatschappijen, personen die geregeld risicokapitaal beleggen, universiteiten of onderzoekscentra zonder winstoogmerk, of institutionele beleggers (met inbegrip van regionale ontwikkelingsfondsen) op voorwaarde dat deze niet als verbonden onderneming worden beschouwd. Een participatie- of risicokapitaalmaatschappij is een onderneming die specifiek als doelstelling heeft het nemen van participaties en deelnemingen in andere ondernemingen en eventueel het al dan niet deelnemen aan het bestuur van die ondernemingen. Op het moment dat de participatiemaatschappij meer dan 50% van de aandelen heeft, verandert dit. Dan hebben zij in principe overheersende zeggenschap. In dit geval wordt de participatiemaatschappij een ‘verbonden onderneming’.
Bij meer dan 50% spreken we van een verbonden onderneming.
Machtiging
Wanneer je de aanvraag niet zelf indient, maar dit uitbesteedt aan een intermediair (bijvoorbeeld je boekhouder of een subsidieadviseur), dan moet je daarvoor een machtiging afgeven. Met deze machtiging geef je de intermediair toestemming om de aanvraag namens jou in te dienen. Het afgeven van een machtiging doe je met een machtigingsformulier.
Je kunt het formulier downloaden op onze website. Ga op onze website naar de subsidie die je wilt aanvragen en klik op 'aanvragen'. Hier staan de documenten vermeld die je nodig hebt voor je aanvraag, waaronder het te downloaden machtigingsformulier.
Tekenbevoegdheid
De documenten waarbij een handtekening vereist is, moeten ondertekend worden door iemand die bevoegd is om dat namens de organisatie te doen.
Dit kun je aantonen door een bewijs aan te leveren waaruit blijkt dat deze persoon bevoegd is om binnen de organisatie te tekenen. Dit kan bijvoorbeeld met een KvK-uittreksel, statuten of een intern autorisatieschema.
Mkb-toets
Heb je vragen over de MKB-toets? Kijk dan bij de veelgestelde vragen over de MKB-toets.
De-minimissteun
Heb je vragen over de-minimissteun of over het invullen van de de-minimisverklaring? Kijk dan bij de veelgestelde vragen over de-minimissteun.