Planvorming gebiedsontwikkeling Fryslân
Wil jij bijdragen aan het verbeteren van landbouw, klimaat, natuur en de leefomgeving in Fryslân? Vraag dan subsidie aan voor het opzetten van een samenwerkingsverband, het opstellen van een gebiedsopgave en de uitwerking daarvan in een gebiedsplan.

Algemene vragen Integrale Gebiedsontwikkeling
Je bent een landbouwer als je landbouwactiviteiten uitvoert en je als landbouwer geregistreerd staat in de Kamer van Koophandel. Hiermee worden bedrijven bedoeld waarbij landbouwactiviteiten de hoofdactiviteit zijn. Dit kan zowel veeteelt als akkerbouw zijn.
Nee. Als deelnemers verbonden zijn (in welke vorm dan ook), dan worden ze niet als afzonderlijke deelnemers in een samenwerkingsverband beschouwd. Meer informatie over verbonden partijen is te vinden op onze pagina MKB-toets.
Als je twijfelt of er bij jouw samenwerkingsverband:
- mogelijk sprake zou kunnen zijn van verbonden partijen
- mogelijk geen sprake is van ‘verschillende personen’
Neem dan contact op met je contactpersoon bij SNN. Als je nog geen contactpersoon hebt, zijn wij te bereiken op 050 5224 998 of via plattelandsontwikkeling@snn.nl.
De aanvragen dienen in ieder geval bij te dragen aan aanpassen aan de klimaatverandering, bevorderen van efficiënt beheer natuurlijke hulpbronnen of bijdragen aan ombuigen biodiversiteitsverlies. Het is een hele brede openstelling waarbinnen veel mogelijk is voor de te schrijven en/of uit te voeren gebiedsplannen. De kosten die subsidiabel zijn kunt u hieronder terugvinden.
In de basis zijn de openstellingen voor integrale gebiedsontwikkeling. Bij de beoordeling zullen integrale plannen meer punten ontvangen. De subsidies geven echter ook de mogelijkheid om minder integrale plannen te subsidiëren. Door middel van de beoordelingssystematiek is de kans is dus wel groter dat integrale plannen uiteindelijk subsidie zullen krijgen.
Voor de planvorming is het minimaal 25.000 euro en maximaal 40.000 euro.
Voor de uitvoering is het minimaal 600.000 euro en maximaal 2.300.000 euro.
Voor de planvorming is het 100% van de subsidiabele kosten.
Voor de uitvoering verschilt het per activiteit variërend van 40% voor productieve
investeringen tot 100% voor het beproeven van innovaties en voorbereiding van kavelruil.
Voor de exacte subsidiepercentages per activiteit, zie artikel 7 in het openstellingbesluit
‘Uitvoering gebiedsplan ten behoeve van integrale gebiedsontwikkeling’.De initiatiefnemers van het samenwerkingsverband (in oprichting). Dit kunnen bijvoorbeeld zijn: landbouwers, natuur-, landschap-, en landbouworganisaties, grondeigenaren of overige natuurlijke- en rechtspersonen. Eigenlijk dus iedereen! De enige uitzondering is dat overheden geen penvoerder mogen zijn. Zij mogen wél deelnemen in het samenwerkingsverband maar niet de aanvrager zijn.
Een samenwerkingsverband moet uit minimaal twee partijen bestaan waarvan tenminste één landbouwer. Je bent een landbouwer als je landbouwactiviteiten uitvoert en je als landbouwer geregistreerd staat in de Kamer van Koophandel. Hiermee worden bedrijven bedoeld waarbij landbouwactiviteiten de hoofdactiviteit zijn. Indien bijeenkomsten voor kennisoverdracht onderdeel uitmaken van het (te schrijven) gebiedsplan moet er ook een kennisaanbieder in het samenwerkingsverband plaatsnemen.
‘Degene die de kennisoverdracht verstrekt en faciliteert aan landbouwers’. De projectuitvoerders van het onderdeel ‘kennis’ dienen aantoonbaar voldoende gekwalificeerd en regelmatig getraind te zijn, en de middelen te hebben om de beoogde projectactiviteiten succesvol uit te kunnen voeren (zoals bijvoorbeeld demonstratiefaciliteiten indien dat de beoogde activiteit is).
Voor de planvorming openstelling kan een 2pager worden aangeleverd, zie ook "Lever in: planvoorstel voor Planvorming gebiedsontwikkeling Fryslân | SNN". Voor de uitvoeringsopenstelling kan gebruik gemaakt worden van een pitch moment eind augustus en begin september. Hier wordt mogelijkheid geboden om een 2pager te presenteren en feedback te ontvangen. Dit zal in kleine groepjes zijn zodat men ook kan netwerken omtrent gelijksoortige plannen.
Nee dit is niet verplicht. Het is een optie voor de aanvragers om feedback op hun plannen te
krijgen, zodat mogelijke aandachtspunten kunnen worden meegeven voor het opzetten van
een zo’n compleet mogelijk plan. Het is een extra service vanuit de provincie, maar men hoeft
dit niet te doen en het is uiteindelijk ook de beslissing van de aanvrager of men iets met de
verkregen feedback wil doen.De aanvragen worden beoordeeld door een onafhankelijke (expert) adviescommissie. Deze
commissie wordt binnenkort samengesteld.Op dit moment zijn de leden nog niet bekend. We zullen binnenkort een commissie gaan samenstellen. De commissie zal bestaand uit experts op de verschillende thema’s zoals natuur, landbouw, water, bodem, klimaat.
Het zijn zowel Europese als provinciale middelen in de verhouding 43%:57%.
Deze regeling(en) vallen normaliter niet onder de deminimus en zijn staatssteunproof omdat het in de basis gaat om niet-economische activiteiten waardoor geen sprake is van staatssteun en waardoor men dus geen gebruik hoeft te maken van de deminimus-regeling. Afhankelijk van de activiteiten kan hier echter mogelijk wel sprake van zijn staatssteun. SNN voert hier nog een toets op uit bij beoordeling van de aanvraag
Nee. Subsidiabele kosten zijn loonkosten, eigen arbeid, legeskosten (alleen bij uitvoeringsopenstelling) en andere kosten waarvoor een factuur of document met gelijkwaardige bewijskracht kan worden overlegd. Bij inkomstenderving zou geen sprake zijn van kosten waarvoor een factuur kan worden overlegd.
Ja. Bij het aanvraagproces kan worden aangegeven dat je niet beschikt of e-herkenning en kan middels een alternatieve route (die vervolgens wordt weergegeven) alsnog een aanvraag worden gedaan. Het advies is om, waar mogelijk, wel gebruik te maken van E-herkenning.
Op dit moment staan er geen nieuwe openstellingen voor planvorming en/of uitvoering voor integrale gebiedsontwikkeling op de planning.
Bij planvorming zal je met name de uren moeten verantwoorden. Wanneer dit om uren van derden gaat, is een offerte noodzakelijk. Wanneer dit om eigen uren gaat is een offerte niet benodigd. - Bij uitvoering zal het ook om meer externe kosten gaan. Hierbij is het wel van belang dat ook de marktconformiteit getoetst wordt.
Een organisatie of collectief valt niet onder de definitie van een landbouwer. Er zal expliciet (minimaal) één individuele landbouwer opgenomen moeten worden in het samenwerkingsverband. Dit mag wel een landbouwer zijn die is aangesloten bij een agrarische organisatie/collectief, naast dat deze zelf ook deelnemer zijn in het samenwerkingsverband.
Voor de beoordeling is het in mindere mate van belang of je één of tien landbouwers in het samenwerkingsverband hebt zitten. Het is van groter belang dat je kan aantonen dat je draagvlak hebt vanuit het beoogde gebied. Voor de planvormingsaanvraag is het dan wel goed om aan te geven dat al meerdere landbouwers interesse hebben getoond, dan hoeven zij niet per se allen in het samenwerkingsverband te worden opgenomen (al mag dit natuurlijk zeker wel).
Indien je geen MKB’er bent hoef je ook geen MKB verklaring in te dienen. Deze stap/vraag zal in het aanvraagproces worden verduidelijkt. De MKB verklaring is nodig bij sommige openstellingen die alleen voor MKB’ ers zijn (nu niet het geval) en voor het bepalen van de-minimissteun. https://www.snn.nl/kennisbank/mkb-verklaring.
Voor de beoordeling van een aanvraag is inzicht nodig in hoe een organisatie is ingericht. Dit inzicht kan verkregen worden middel van een juridische organisatiestructuur. Een juridische organisatiestructuur is een juridische structuur van een concern. Hierin zie je een overzicht van alle ondernemingen die in verbinding staan met jouw onderneming en hoe zij tot elkaar in verhouding staan. Zo kun je zien of er ondernemingen juridisch met elkaar verbonden zijn. Meer informatie op: https://www.snn.nl/kennisbank/juridische-organisatiestructuur-hoe-jouw-organisatie-ingericht
Er mag fysiek gezien best wat ruimte tussen de betrokken agrariërs zitten in het gebied. De activiteiten dienen niet per se alleen op aansluitende gronden plaats te vinden. Zolang goed kan worden onderbouwd dat de betrokken agrariërs bijdragen aan de gebiedsopgave en deze opgave ook voor alle betrokken agrariërs van belang is, kunnen zij onderdeel zijn van een gebiedsplan.
Planvorming subsidie
Het voorschot bedraagt 50% van de verleende subsidie. Gezien de beperkte omvang van de subsidie, worden tussentijds geen deelbetalingen verstrekt.
Mag een subsidie gestapeld worden met deze GLB subsidie?
Dit kan als de subsidie die je bij andere instanties hebt ontvangen niet hoger is dan de subsidie die je bij deze aanvraag ontvangt. Dit is beschreven in artikel 1.5 van de regeling.
Voorbeeld: Je vraagt GLB subsidie aan voor jouw projectkosten ter waarde van € 500.000. Het subsidiepercentage van deze subsidieregeling is 40% voor investeringen en 100% voor overige kosten. De subsidie is berekend op € 300.000. Stel dat je voor deze activiteiten ook subsidie van een andere instantie van € 100.000 ontvangt. Dan is de maximaal te verlenen GLB subsidie nog € 200.000.
Ja. Dit is een verplichting vanuit de Europese regeling die ten grondslag ligt aan de subsidies. Indien onder de planvorming een aanvraag wordt ingediend moet het gaan om een nog niet bestaand samenwerkingsverband.
De subsidie is bedoeld voor alle kosten t.b.v. het opstellen van het gebiedsplan, het mobiliseren van de partijen uit het gebied en het samenstellen (of actualiseren) van een samenwerkingsverband die de uitvoering van het plan op zich kan nemen. Het gaat dan vooral om kosten voor het organiseren van bijeenkomsten, studies, adviseurs, communicatie en personeelskosten. De prestatie is een gebiedsplan en een uitwerking van het beoogde samenwerkingsverband.
De beoordelingstermijn is voor alle GLB openstellingen, dus ook voor planvorming, 22 weken. Dit houdt in dat je uiterlijk september ’25 een beslissing op je aanvraag van planvorming kan ontvangen. De aanvraagtermijn van de uitvoeringsopenstelling sluit 30 januari ’26. Dit houdt in dat als je gebruik wilt maken van de uitvoeringsopenstelling je circa 4.5 maand hebt om een gebiedsplan te schrijven en het samenwerkingsverband te vormen. Dit kan een uitdaging zijn, afhankelijk van je beoogde gebiedsplan en je uitgangspunt (wellicht ligt er al een deel van het gebiedsplan). Het is wel mogelijk om te starten met je beoogde activiteiten nádat je aanvraag is ingediend.
Let op: Activiteiten voor indiening van de aanvraag zijn niet subsidiabel. Het is belangrijk om dan nog geen verplichtingen aan te gaan. Er mag gestart worden met de activiteiten na indiening van de aanvraag, dit is dan wel op eigen risico. Hiermee kan echter wel tijd worden gewonnen in de voorbereiding voor een aanvraag onder de uitvoeringsopenstelling.
Daarbij is het niet verplicht om na je planvormingsaanvraag een aanvraag voor de uitvoering te doen. Indien het niet mogelijk is (binnen de tijd) om een aanvraag te doen kan gekeken worden naar andere mogelijkheden voor financiering. Vanuit de provincie zijn daar op dit moment echter nog geen concrete subsidieregelingen voor.
De subsidie die voor planvorming wordt gegeven is voor het schrijven van een gebiedsplan. In de aanvraag dient dus met name te worden aangegeven welke uitdagingen en opgaven in het beoogde gebied bestaan en waar men mee aan de slag gaat. Er dient dus duidelijk te zijn waar je gebiedsplan op zal focussen, maar de exacte activiteiten om de opgaven aan te pakken zullen pas in het proces van het schrijven van het gebiedsplan (dus na het ontvangen van de subsidie) worden gedefinieerd. Dit hoeft dus niet bij de aanvraag te worden aangegeven.
Op de website van SNN staat bij de formats voor de aanvragen ook een format voor het samenwerkingsverband. In dit excel bestand kunnen de gegevens van de partijen en andere benodigde gegevens worden ingevuld. Dit bestand kan dan bij SNN worden ingediend.
Uitvoeringssubsidie
Investeringen in duurzame bedrijfsmiddelen, niet productieve investeringen zoals aanleg van landschapselementen, investeringen ten behoeve van waterkwaliteit, activiteiten voor kennisdeling zoals workshops of voorlichting, het (door)ontwikkelen van producten of diensten zoals bijvoorbeeld biobased bouwen, anayse- en notariskosten voor kavelruil en kosten voor de coördinatie van het samenwerkingsverband.
Nee. Het proces van veredeling is niet mogelijk als productieve investering omdat het hierbij met name gaat om fysieke investeringen voor verduurzaming van het bedrijf. Indien men bepaalde machines of sensoren benodigd zou hebben voor het proces van veredeling kunnen deze wel als productieve investering worden aangevraagd. Indien men nader onderzoek zou willen doen naar veredeling of kennis zou willen delen, is dit mogelijk onder de subonderdelen voor innovatie (experimenten) en kennisdeling.
Onder de productieve investeringen verstaan we fysieke bedrijfsinvesteringen voor verduurzaming van het bedrijf. Zoals bijvoorbeeld windmolens, spotsprayers, beweidingssensoren en koebedden. Onder niet-productieve investeringen vallen bijvoorbeeld de aanleg van boomwallen, plasdras, akkerranden en natuurvriendelijke oevers. Deze voorbeelden zijn niet uitputtend.